Het was een rustige raadsvergadering, afgelopen dinsdag 22 november. Op de publieke tribune niet meer dan een burger of acht. Toch ging het om hen. Om de dialoog met de burgers. Op tafel lag een rapport. Het zag er professioneel uit. Geen wonder. Opgesteld door Adviesbureau BMC, in 1986 opgericht om “de bedrijfsvoering binnen de overheid te verbeteren” en volgens de eigen website inmiddels “gerenommeerd”.

“Wat goed, zo’n dialoog.”, denk je argeloos op de publieke tribune. Al rol je van de uitkomst van het gesprek met de burgers niet van verbazing achter over. Op een regenachtige dag had je de wensen, zorgen, verwachtingen en ergernissen van de Blaricummers in een uurtje kunnen opschrijven. Maar toch. Goed dat de gemeente naar de burgers wil luisteren.

Blaricum is trouwens de enige niet die de dialoog met haar burgers is begonnen. Bij Laren en Eemnes is het niet anders. Ook met ondersteuning van BMC. Ook met een professioneel rapport. Inhoudelijk hier en daar anders. In opzet gelijk. Laren pakt het iets robuuster aan dan Blaricum. Burgemeester en wethouders kregen daar de opdracht een plan van aanpak te ontwikkelen voor een structurele dialoog met de burgers. Blaricum besloot slechts de inwoners uit te nodigen mee te praten over de wijze waarop aan het project Dialoog vervolg gegeven moet worden. Kousevoeteriger kun je het niet aanpakken.

Prachtig allemaal. Toch wringt er iets. Weet de politiek niet wat de burger wil? Zou één iemand in de Blaricumse Raad verrast zijn geweest dat de burger het goedkoper, professioneler, persoonlijker en leefbaarder wil en dat hij het meest hecht aan veiligheid, goed openbaar vervoer, goede voorzieningen, behoud van identiteit, zorgzaam samenleven en nog zo wat meer?

Waarom is die dialoog er gekomen en waarom is ze zo opgetuigd? Vanwaar, ineens, in iedere BELgemeente een rapport? Dat wijst op sturing. En dat is er ook. Helemaal aan het einde van het rapport staat het: “De voorliggende opgave voor het gemeentebestuur is om de opbrengsten uit de dialoog te verbinden met bestuurlijke scenario’s.” Dat is bureaucratisch jargon om te zeggen dat de dialoog met de burgers bedoeld is om de beslissing over de bestuurlijke toekomst van de gemeente Blaricum een zetje te geven.

Wat de burger beschouwt als doel (meer veiligheid, meer leefbaarheid), beschouwt het rapport als middel. Middel om tot een bestuur te komen dat die doelen het best kan realiseren. Tja, zo gaat het. Steeds meer. Niet de politiek, maar bestuurders en bureaucratie bepalen het traject. De burger is klant geworden. Zijn wensen worden geïnventariseerd. De beste bestuurlijke service wordt daarbij gezocht. Welke dat is, wordt bepaald in een ondoorzichtig samenspel tussen politiek, bureaucratie en adviesbureaus als BMC. Alles met de beste bedoelingen. De politiek heeft haar primaat ingeleverd en maakt zich nuttig. Door de dialoog te organiseren. Vroeger zei een politicus wat hij wilde. Wou je dat ook, dan kon je op hem stemmen. Nu staat er een hoge hoed op tafel. We stoppen onze wensen er in. Geen idee wat voor konijn er uit komt.