Helemaal in het begin van zijn regeerperiode wilde minister Plasterk alleen nog gemeentes met minstens 100.000 inwoners. Grote opwinding. Het 100.000-plan was snel van tafel. Maar het streven naar grotere gemeentes is gebleven. Grotere gemeentes betalen hogere salarissen en hoe beter je betaalt, hoe hoger de kwaliteit van je ambtenaren. Die hogere kwaliteit is nodig omdat de taken van de gemeentes de laatste jaren fors zijn uitgebreid. Veel van wat de Rijksoverheid vroeger deed, is nu zorg voor de gemeentes. Kunnen kleine gemeentes al die nieuwe taken aan?

Nee, zeggen rationeel ingestelde bestuurders. Kleine gemeentes zijn te klein voor al die nieuwe taken. Voeg ze daarom samen. Voeg Blaricum (krap 10.000) samen met Huizen en Laren en je hebt een gemeente van ruim 63.000 inwoners.

Uit het oogpunt van rationeel bestuur niets op aan te merken en niet toevallig het standpunt van twee partijen in de Blaricumse Raad, D66 en VVD, die, ook landelijk, rationeel bestuur hoog in het vaandel hebben staan.

Als alles alleen om rationaliteit draaide, zou de kous hiermee af zijn. Maar zo is het niet. Het opheffen van een gemeente, zeker als die gemeente samenvalt met een dorp, voelt bij mensen die zich met hun dorp verbonden voelen als een aanslag op hun identiteit. Dat maakt emoties los. Emoties die nog eens extra gevoed worden door een groeiende afkeer van een overheid die puur rationeel streeft naar grotere verbanden, strakke regels, sturing op afstand en meer bureaucratie. En dat alles van bovenaf opgelegd.

De plannen van de Provincie Noord Holland voor een Gooise herindeling met eerst drie gemeentes (waaronder waarschijnlijk één die bestaat uit Huizen, Blaricum en Laren) en op termijn één grote gemeente Gooiland roepen, stuk voor stuk, al die emoties op.

Je voelt het in de reactie op de Provincieplannen van de (plaatselijke) partijen in de Blaricumse Raad die nu eenmaal wat minder bestuurlijk rationeel en wat meer op het eigen dorp gericht zijn. Net als VVD en D66 zien ook zij dat het ambtenarenapparaat versterkt moet worden. Daarin gesteund door het CDA willen ze dat bereiken door, met handhaving van de gemeentelijke zelfstandigheid, de ambtelijke samenwerking in de BEL uit te breiden met Huizen. Zo streven ze naar het beste van twee werelden: betere ambtelijke diensten en behoud van politieke zelfstandigheid. Met acht tegen vijf (VVD en D66) heeft de Raad voor die reactie op de Provincieplannen gekozen. Laren koos al eerder voor dezelfde koers. Evenals Huizen dat de Provincieplannen het meest radicaal afwijst, absoluut zelfstandig wil blijven, pleit voor betere regionale samenwerking en de deur openzet voor een vervlechting van zijn ambtenarenapparaat met dat van de BEL.

In augustus moet de Provincie de reacties van de zeven Gooi/Vecht Gemeentes op haar plannen hebben. Hoe eensgezinder die reactie is, hoe meer die serieus genomen moet worden.  Bij onenigheid kan de Provincie haar eigen, overigens met grote stelligheid geponeerde, plannen makkelijker doorzetten. Er was immers geen breed gedragen alternatief?

En de burger? Deze burger ziet toe, begrijpt en verbaast zich over het ouderwetse, alles op macht en ratio, macho karakter van de provinciale aanpak